Brazilië
familiebezoek/vakantie
zomer 1993
Aanleiding
In oktober 1992, als wij samen met Theo Zoutzeling in een restaurant in Scheveningen eten, vertelt Theo dat hij het komende jaar naar Brazilië wil gaan om de familie weer eens op te zoeken en tevens nog wat van het land te zien. Ik grap dat we wel mee willen om de koffers te sjouwen, maar wat later denk ik: waarom eigenlijk niet? Natuurlijk niet om koffers te sjouwen, maar wel voor het overige. Uiteindelijk spreken we af in de zomer van 1993 met z’n drieën te gaan.
Algemeen
Brazilië, officieel de Federale Republiek Brazilië, is een land in Zuid-Amerika en grenst aan Argentinië, Bolivia, Colombia, Frans-Guyana, Guyana, Paraguay, Peru, Suriname, Uruguay en Venezuela. Met uitzondering van Chili en Ecuador grenst Brazilië dus aan alle landen van Zuid-Amerika en in het oosten aan de Atlantische Oceaan.
Brazilië is met zijn 8,5 miljoen vierkante kilometer het grootste land van Zuid-Amerika; het beslaat bijna de helft van dit continent en tevens van het zuidelijk halfrond. Om een indruk te krijgen hoe groot dit is: alle Europese landen passen op het oppervlak en dan nog is er land over!
Verslag van de reis
Amsterdam - São Paulo.
In juli 1993 is het zo ver. We logeren in São Paulo, bij Nap en Wil Schardijn, goede
vrienden van de familie.
Het is fijn mijn oom Martin weer te zin, aan wie ik goede herinneringen heb, en kennis te maken met zijn vrouw Hilda en hun zoon Gilberto, mijn neef. Jammer, en soms ook wat moeilijk, dat moeder en zoon geen Nederlands of Engels spreken.
Het is opvallend dat om alle huizen hoge hekken staan, voor de veiligheid. En bij Nap en Wil staat daarachter bovendien een ‘bijthond’. Komt allemaal niet zo lekker over.
São Paulo werd gesticht in 1554. Sinds 1870 is de stad door urbanisatie gegroeid tot de grootste stad van Zuid-Amerika. Er zijn geen precieze cijfers over het aantal inwoners van de agglomeratie, maar in 2010, werden iets meer dan 22 miljoen inwoners in de São Paulo Metropolitan Area geregistreerd, niet-geregistreerde inwoners van de favela's niet meegeteld. São Paulo is daarmee een van de grootste stedelijke agglomeraties ter wereld. De stad heeft een van de hoogste concentraties woontorens ter wereld en telt meer dan 18.000 gebouwen met minimaal 15 verdiepingen. Veel oude gebouwen werden afgebroken om plaats te maken voor moderne hoogbouw.Samen met Alex, mijn wèl Nederlands sprekende neefje (ruim 24 jaar jonger dan ik) en zijn vriendin Marny bekijken we São Paulo. Naast de enorme kathedraal en héél veel wolkenkrabbers zien we wat van het centrum.
Belo Horizonte en Ouro Preto.
Met de nachtbus reizen we naar Belo Horizonte. Alex gaat mee. Naast het feit dat dit erg gezellig is kan hij ook als tolk optreden, want de gemiddelde Braziliaan spreekt nauwelijks Engels en wij spreken geen Portugees. Hij zal ons vergezellen tot en met de watervallen van Iguaçu.
We bekijken o.a. het enorme, want zeer belangrijke, voetbalstadion van de stad.
De São Francisco de Assiskerk, ontworpen door Oscar Niemeyer en gebouwd in 1943, was dermate revolutionair van vormgeving dat de katholieke kerk tot 1959 weigerde de São Francisco de Assis-kerk in Belo Horizonte in te wijden, deels vanwege de onorthodoxe vorm, deels vanwege de moderne muurschilderingen van Portinari. De muurschildering was geheel abstract, op een herkenbare hond na die mogelijk Sint-Franciscus van Assisi moest voorstellen.
De St. Franciscuskapel is zeer de moeite waard. Hij doet een beetje denken aan een vliegtuighangar! Tot op de dag van vandaag is het een hele moderne kerk, zowel buiten als binnen.
Rio de Janeiro.
Dan reizen we verder naar Rio de Janeiro.
We logeren in een hotel vrijwel direct aan het Flamengostrand. Vanuit onze hotelkamer kunnen we in de verte het enorme Christusbeeld zien liggen.
We bekijken o.a. het Carioca-aquaduct uit 1732 en bezoeken de Novo Catedral uit 1976. Brazilië heeft veel fantastische en moderne architectuur. Deze kathedraal is rond (diameter binnenzijde 96 meter) en heeft een hoogte van 80 meter. Opvallend zijn de vier kleurige glas-in-betonvensters van elk 64 meter hoog die over de gehele hoogte van de kerk doorlopen. In het plafond worden deze vensters verbonden door een lichtend kruis.
En natuurlijk gaan we helemaal naar boven bij het Christusbeeld, dat majestueus over de stad uitkijkt.
Christus de Verlosser is een enorm beeld op de 720 meter hoge berg Corcovado. Het beeld zelf is 38 meter hoog en de breedte van hand tot hand is 28 meter. Het staat symbool voor de wereldwijde verspreiding van de Christelijke boodschap. Het beeld werd officieel onthuld op 12 oktober 1931, nadat er ongeveer 10 jaar aan gebouwd was. In 2007 is het standbeeld via een grootschalige internet-verkiezing verkozen tot één van de zeven moderne wereldwonderen.Tijdens ons verblijf in Rio besluiten Jan en ik een stevige wandeling te gaan maken en lopen over het strand naar Copacabana. Omdat we geen zin hebben om dat hele eind weer terug te lopen vragen we bij de receptie van een hotel welke bus we terug moeten hebben. Maar dat wordt ons ten zeerste afgeraden; voor onze veiligheid is het verstandiger een taxi te nemen. We zijn eigenwijs en nemen toch het openbaar vervoer en komen zonder kleerscheuren weer bij ons hotel terug.
De bekendste stranden zijn Copacabana, Ipanema. Ze zijn wereldberoemd en liggen vlak naast elkaar, alleen het kleine strand van Arpoador scheidt ze. Het Copacabanastrand is 4 kilometer lang en heeft de vorm van een halve maan. De stranden van Rio staan bekend door de schaars geklede vrouwen en strandvoetbal spelende mannen.Je kunt niet in Brazilië geweest zijn zonder te eten bij een Churrascaria, waar grote stukken vlees aan spiezen worden geroosterd, waarna ze op je bord gedeponeerd worden. En natuurlijk drinken we caipirinha (limoen, rietsuiker, gecrushed ijs en pinga, een uit suikerriet gestookt drankje).
Omdat Jan niet erg gecharmeerd is van kabelbanen maak ik samen met Alex een uitstapje naar het Suikerbrood.
Naast het grote christusbeeld is de Pão de Açucar, het suikerbrood, het meest bekende punt van Rio. De Suikerbroodberg, zo genoemd vanwege de karakteristieke kegelvorm, is een bergtop van 396 meter hoog, aan de ingang van de Baai van Guanabara. De berg is één van de zeven granieten rotsblokken van Rio. De berg is makkelijk te bereiken via twee kabelbaanliften, die je in 2 x 3 minuten naar boven brengen. Het uitzicht is adembenemend.
Helaas is het op het moment dat wij daar zijn niet erg helder.
Over de Niteróibrug rijden we naar de overkant van de baai.
De Rio-Niteróibrug is de brug die de steden Rio de Janeiro en Niterói, een ‘tweelingstad’ van Rio, verbindt. De brug is zo’n veertien kilometer lang en loopt dwars door de Baía da Guanabara.De Watervallen van de Iguaçu.
Vervolgens nemen we het vliegtuig naar Foz do Iguaçu om de immense watervallen te gaan zien.
Alex maakt een vlucht met een helicopter over de watervallen. Ik had het ook graag gedaan, maar wist zeker dat ik ziek zou worden en dan is het wel erg duur betaald.
De watervallen zijn niet te beschrijven: het geweld van het water dat met donderend geraas naar beneden valt, de enorme hoeveelheid water die nooit ophoudt, de prachtige vergezichten ... wat voelt een mens zich hier nietig. Het is niet te beschrijven wat voor indruk dit achterlaat.
Omdat het verschillende watervallen zijn kun je er min of meer tussendoor lopen. We krijgen een regenjas te leen; geen overbodige luxe, want je wordt drijfnat.
Peruibe.
We vliegen terug naar São Paulo en gaan dan met de auto naar het buitenhuisje van oom Martin in Peruíbe, een klein plaatsje aan het strand.
Hier ontmoeten we onze andere Braziliaanse neef, Kees, en zijn zoontje Kezinho (Keesje).
Salvador.
Met een binnenlandse vlucht gaan we naar Salvador.
Als je door de historische bovenstad loopt word je regelmatig aangesproken door vrouwen die je naar een of ander winkeltje willen lokken. De benedenstad is het nieuwere deel van Salvador.
Met Jans 50e verjaardag gaan we eten in een restaurant met show. Dit heeft plaats in het gebouw waar vroeger de slaven verbleven.
Wat buiten de stad, langs het strand zie je nog het fort dat ooit werd gebouwd door de Hollanders.
Pantanal en Chapada dos Guimares.
Dan vliegen we naar Cuiabá om van hieruit verder te gaan naar de Pantanal, waar we enkele dagen zullen verblijven.
.
De onderkomens zij redelijk primitief en al varend en lopend gaan we door dit schitterende natuurgebied. Op elke rivierbedding ligt wel een aantal kaaimannen te zonnen.
We zien vogels in alle soorten en maten, zoals ooievaarachtigen, ijsvogels, roofvogels, aalscholvers en papagaaien in verschillende kleuren.
Een opvallende vogel is de tuiuiu, die op onze reiger lijkt maar een zwaardere snavel heeft met een zwarte kop, rode hals en witte vleugels.
En ook de capivari, het grootste levende knaagdier krijgen we voor de lens.
Dan rijden we verder naar Chapada dos Guimares, een wederom schitterend nationaal park met rotsformaties en veel watervallen. We komen langs de 86 meter hoge waterval Véu da Noiva en zien de Partáo de Inferno, een griezelige afgrond met op de achtergrond puntige, smalle rotsen.
Aan de rivieroevers en in de kristalheldere poelen kan gezwommen worden. En daar wordt dan ook flink gebruik van gemaakt. Een Peruaans gezegde luidt: “Wat heeft een Braziliaan nodig om vrolijk te zijn? Strand, bier en muziek.” Het bewijs wordt hier
geleverd.
En overal is de aarde intens rood van kleur.
Brasilia.
Onze volgende binnenlandse vlucht gaat naar Brasilia.
Op het centrale plein staat een bronzen beeld met de naam De Pioniers. Het is een eerbetoon aan de eerste bouwers en eerste bewoners van Brasília. Op de achtergrond de eeuwige vlam (links) en het Pantheon, al weer van Oscar Niemeyer, met de duif als vredessymbool.
De stad komt bij ons niet over als een ‘stad waar geleefd wordt’, maar o, wat een schitterende architectuur! Neem nou het gebouw van het Nationaal Congres ...
het Memorial van Kubicek ...
of de Don Boscokerk: recht, vierkant, maar vooral blauw, violet en als de zon niet voor lichteffecten zorgt dan gebeurt dat door immens grote kroonluchters ...
of de kathedraal ... Stuk voor stuk bijzondere bouwwerken en gebouwd door Oscar Niemeyer.
Vooral de kathedraal vond ik geweldig. Het gebouw lijkt onbereikbaar omdat het helemaal door water omgeven is. Maar de ingang gaat onder datzelfde water door. Het gebouw bestaat uit 16 betonnen pilaren waartussen glas is aangebracht. Hierdoor is de kerk heel licht van binnen. Niet zo donker als de Europese kathedralen, waarvan Niemeyer zegt “...die mij altijd aan de zondigheid van mensen doen denken ...”.
In de vorm van de kerk zou je de doornenkroon kunnen herkennen; sommigen zien er handen in, die zich naar de hemel uitstrekken. Voor het gebouw staan enorme beelden van de vier evangelisten en binnen hangen aan het plafond drie engelen.
Holambra.
Natuurlijk gaan we ook naar Holambra, waar we logeren bij Gerrit en Mia de Groot, die samen met hun kinderen een veebedrijf hebben en daarnaast ook aan land- en tuinbouw doen. Ook zij zijn goede vrienden van de familie en Alex heeft hier een groot deel van zijn jeugd doorgebracht.
Het is een vreemde gewaarwording om in Brazilië de Hollandse klokgeveltjes te zien en bij de bakker zijn alle denkbare Hollandse koekjes te koop, zoals speculaas, stroopwafels, sprits, janhagel, enz.enz.. Daar komen we, met onze ‘typisch Hollandse cadeautjes’; ze hebben het hier allemaal!
We zoeken hier ook een goede jeugdvriendin van mijn moeder op, die hier met haar gezin woont. Zij was zelfs een van de bruidsmeisjes bij het huwelijk van mijn ouders.
São Paulo – naar huis.
We vliegen terug naar São Paulo om afscheid te nemen van de familie en reizen dan terug naar Nederland. Dit gaat gepaard met enige vertraging. In Rome missen we de aansluiting naar Amsterdam en vele uren later (via Kopenhagen!) zijn we op Schiphol. Sneu voor de kinderen, want die hadden vanwege Jans 50e verjaardag een klein feestje georganiseerd.
Home Reizen van Jan en Carla